Sinds kort ben ik dus vinoloog. Mooi woord, met uitstraling. Ooit was ik bijna doctor, ook zo’n bijzonder woord, met veel lading. Ik moest alleen nog de inleiding en conclusie van mijn boek schrijven om het proefschrift af te ronden en de titel te verdienen. En toch lukte me dat niet. Dat kwam een beetje door het feit dat ik geen baan meer had op de universiteit en ik het boek dus in eigen tijd af moest ronden. Het kwam vooral doordat ik me er niet meer toe kon zetten om te schrijven wat men wilde horen. De inleiding en conclusie zijn bij uitstek de hoofdstukken waarin een rituele dans wordt gemaakt met de hooggeleerde mensen, om die positief te stemmen, zodat ze je tijdens de ultieme rituele dans van de promotieplechtigheid toegang verschaffen tot het doctorslegioen. Ik bleek die dans ineens niet meer te kunnen opbrengen. Zo stopte ik, in het zicht van de haven.
Mijn wetenschappelijke omgeving verklaarde me voor gek: nog een paar maandjes doorzetten en de titel was in the pocket. Zelf ervaar ik het nog steeds als een goede beslissing. Ik ben dankbaar voor wat ik allemaal geleerd heb (over mensen bijvoorbeeld, en over interviewen, en over mooi schrijven) en heb geen spijt over het mislopen van de titel. Wel was en is er een schuldgevoel richting mijn begeleiders. Een titel zou namelijk ook op hen afstralen, qua aanzien en geld.
Wat ik misschien altijd al aanvoelde, maar tijdens mijn promotietraject tastbaar werd, is dat ik het proces belangrijker vind dan het doel. Ik ervaar het alleen nog maar sterker sinds ik in de wijn werk. Een goede wijn ontstaat door goed wijngaardbeheer en door de juiste keuzes tijdens het wijn maken. Het ís niet, het ontstaat, het is een proces. Als zo’n wijn vervolgens uit Chablis blijkt te komen, dan kunnen we over een goede Chablis spreken. Maar omgekeerd betekent dat niet dat een wijn met de titel Chablis automatisch een goede wijn is; dat hebben we allemaal wel een keer ervaren, vrees ik.
Het belang van het proces voel ik ook in de winkel, met u. Als u en ik een gesprek beginnen over wijn, moet ik uw vraag proberen te doorgronden, mijn kennis en kunde op de goede manier daarmee matchen, en dat alles op een prettige manier. Als dat allemaal lukt, dan hebben we een vinologisch moment. Het heeft geen zin om ons gesprek te beginnen met de constatering dat ik vinoloog ben en dat te beschouwen als een garantie voor een succesvolle ontmoeting. Dat werkt in veel gevallen juist averechts.
Begrijp me niet verkeerd, de vinologenopleiding is een interessante opleiding. Je leert er veel, van bevlogen docenten, je wijninzicht wordt enorm. Maar ook hier ervaar ik, net als in de universitaire wereld, de stap van opleiding naar titel door middel van toetsing (examens in het geval van de vinologenopleiding) als een rare sprong. De examens richten zich vooral op het reproduceren van gedetailleerde rijtjes in meerkeuzevragen in plaats van dat er in open vragen wordt gevraagd naar de inzichten die je hebt opgedaan en de verbanden die je hebt leren leggen. Het (leer)proces krijgt totaal geen plaats in de toetsing. Maar wie ben ik? Ik heb weliswaar de titel eerstegraads docent, maar zet me alsjeblieft niet voor een klas op het moment, want ik bak er niks van. Is er misschien een bekwamere docent onder u die eens naar de rol van het (leer)proces in toetsing kan kijken? Dat lijkt me zeer interessant en nodig. Gevolg van deze rituele dans tijdens de examens was wel dat ik een soort déjà vu had en ik, net zoals bij de doctorstitel, in het zicht van de haven opeens niet zoveel trek meer had in het kunstje en dus voor hetzelfde geld geen vinoloog was geworden.
Zover is het niet gekomen. En toch blijft overeind: ik heb nu weliswaar de titel vinoloog, maar ben geen vinoloog; net zoals ik geen doctor ben, en eigenlijk ook geen eerstegraads docent maatschappijleer en master of science in de sociale geografie. Ik ben hoogstens Ruben, wie dat ook mag zijn. Daarom vraag ik u: schat in of ik voldoende van wijn, u en de wereld weet om u goed te helpen in de winkel. Oordeel over wat ik doe en laat u niet afleiden door wie ik ben, denk te zijn of u denkt dat ik ben. Als mijn titel teveel ruis veroorzaakt om mijn daden goed te kunnen beoordelen, dan is het voor iedereen beter dat ik daar snel afstand van doe. En, het zal u niet verbazen, dat doe ik dan met genoegen.
Ruben
Prachtig stuk uit het hart geschreven Ruben! Ik ben trots op wie je bent.
Wat een heerlijke denkwijze! Prachtig geschreven ook!